Elke maand schrijft Belinda voor Hersenletsel.nl over haar leven met NAH. Deze keer vertelt ze over haar vakantie en de periode erna. Hoe fijn het ook was, merkte ze dat zelfs ontspanning haar veel energie kostte. En alsof dat nog niet genoeg was, stond haar bij terugkomst ook een nieuwe uitdaging te wachten: de start van haar werk als ervaringsdeskundige.
Na een maandje blog-afwezigheid ben ik er weer. In mijn vorige blog vertelde ik over de vakantie en de tijd die erna zou komen. Iedereen die al wat langer NAH heeft, weet inmiddels dat vakantie geen vakantie meer is als toen. Voor ons is vakantie gewoon heel erg hard werken. En na de vakantie moeten wij, NAH’ers, simpelweg heel erg bijkomen.
Nou hadden we wel ons best gedaan om de schade te beperken: bijna iedere avond lagen we vóór negen uur op bed, een enkele keer ietsjes later, maar niet veel. Mijn lijf had simpelweg heel veel hersteltijd nodig om de dag weer aan te kunnen. Er waren een paar nachten die, vanwege geluidsoverlast op de gang of door een echt slecht bed, gebroken waren. En tja, dat herstelt dan niet meer. Dus uiteindelijk was mijn lichaam echt op. Maar toch klaag ik niet, want de vakantie was echt heerlijk. Ierland is zo’n mooi land, zo rustig, zo weinig prikkels, zoveel mooie natuur. Ik zeg: echt een land voor iemand met NAH.
Eenmaal terug werd ik na een paar dagen ziek: flinke koorts, terwijl ik juist moest starten bij mijn nieuwe job als ervaringsdeskundige. Ik heb alles op alles gezet om dat toch door te laten gaan en daarna maar weer verder uit te zieken. Gevolg was wel dat ik te ziek was om mijn vorige blog te schrijven, vandaar dat jullie mij een maandje gemist hebben.
Mijn (vrijwilligers)werk als ervaringsdeskundige was ook wel weer een dingetje. Als je dan weer achter de werkcomputer zit, merk je gelijk dat je er een tijdje (bijna acht jaar alweer) uit bent geweest. Zoveel nieuwe dingen om te onthouden, een rondleiding in het gebouw, zoveel nieuwe mensen ook weer; echt serieus veel prikkels. En een nieuwe functie ook voor het revalidatiecentrum, dus niemand die je meeneemt; je moet het zelf uitvinden. Dat is ook wat ik leuk vind, maar ik merk ook wel: wat ik leuk vind, komt niet helemaal overeen met wat ik aankan. Zelfoverschatting is een van de restverschijnselen bij velen van ons.
Maar de gesprekken die ik heb, zijn wel echt heel erg mooi om te doen en heel erg waardevol. Nu was mijn eerste patiënt iemand die ik qua persoonlijkheid graag ietsjes later tegen was gekomen. Niet omdat deze patiënt zo onaardig is — nee, zeker niet. Wel omdat deze persoon qua mindset een kopietje van mezelf is. Hahaha, dat was confronterend!
Inmiddels heb ik deze persoon al diverse keren gesproken, en daar waar ik eerst dacht: die ga ik nooit bereiken, bleek afgelopen woensdag dat ik wel degelijk tot deze persoon was doorgedrongen. Naar aanleiding van onze gesprekken is deze persoon tot het inzicht gekomen om een bepaald plan anders in te steken en meer te denken aan of dat nu al verstandig is, of dat dat in een aangepaste vorm voor dit moment beter is.
Jullie begrijpen, hoop ik, dat ik het expres zo vaag houd; ik wil namelijk op geen enkele manier dat dit verhaal te herleiden is naar deze persoon.
Een andere persoon sprak ik, en na het eerste gesprek kreeg ik als feedback dat het gesprek zoveel kracht gaf — kracht om door te zetten. Hoe mooi is het om dit te kunnen betekenen voor iemand?
Inmiddels ben ik nu zes keer geweest, en niet alleen deze mensen krijgen er kracht van, maar ikzelf ook. Al moet ik wel zeggen dat ik nog heel erg bezig ben om een modus te vinden waardoor ik er minder moe van word. Want heel eerlijk gezegd: het is best een aanslag op mijn lijf en energieniveau. Ik ben echt moe en uitgeteld, maar het geeft me ook gewoon heel veel.
Naast dit werk doe ik natuurlijk ook nog minimaal één dag in de week oppassen op mijn lieve, leuke kleinzoon Collin, wat ook echt een genot is om te doen. En zowel het werken als het oppassen wil ik per se blijven doen, dus het is echt even zoeken hoe ik de dagen eromheen het beste in kan delen.
Zo zie je maar weer: twaalf jaar na dato (mijn eerste herseninfarct) blijft het nog steeds zoeken hoe je je dag het beste kunt indelen. Maar jullie kennen me inmiddels goed genoeg om te weten dat ik de leuke dingen nou eenmaal wil blijven doen — en dat ik er heel veel voor over heb om dat te kunnen doen.
Hopelijk kan ik jullie de volgende keer vertellen dat ik mijn weg hierin heb gevonden. 😊
Tot volgende maand,
Liefs,
Belinda