Nieuwe blog: KioNAH

Nieuwe blog: KioNAH

Kiona (31) kreeg op haar 29e een herseninfarct. Zij heeft een zoontje van bijna 1 jaar. Elke vier weken deelt zij hier haar verhaal als jonge moeder met NAH met jullie. Deze keer: Foute boel!

De buitenlucht lijkt me goed te doen. Ik moet naar mijn werk. Dat is het enigste wat er in mijn hoofd afspeelt. Ik voel dat ik uit balans ben en grijp onhandig de balustrade vast. Eenmaal bij de lift kan het me niet snel genoeg gaan. Normaal duurt het enkele minuten voordat de lift op de 10de verdieping is maar nu lijkt het wel een eeuwigheid te duren. Zolang er maar niemand in de lift staat want ik weet niet of ik nu een lach op mijn gezicht kan toveren. Ik stap in de lift en hou me vast aan de leuning. Nu maar hopen dat de lift rechtstreeks naar de begane grond gaat zonder een stop te maken… Ik word licht in mijn hoofd, wat duurt het aftellen lang. De deur gaat open en ik kom langzaam en duizelig de lift uit. Via de achterdeur ga ik naar buiten om naar de parkeerplaats te lopen. Daar staat mijn auto, fijn dichtbij geparkeerd!

Tijdens het lopen valt de autosleutel uit mijn hand. Ik pak de autosleutel met mijn linkerhand op en maak de autodeur open. Wat ben ik blij dat ik in de auto zit! Sleutel in het contactslot en op naar het werk dacht ik. Ik probeer met mijn rechterhand de sleutel in het contact te steken. Mijn hand voelt zo verlamd aan dat ik geen grip heb. Tegelijkertijd wordt er meerdere keren gebeld door familieleden en mijn partner. Tot op deze dag kan ik me geen enkel telefoongesprek meer herinneren. Mijn werknummer staat op de speed dial en ik bel mijn collega op. Om een betere beeld te krijgen voor mezelf en voor de lezers heb ik mijn ex collega benaderd om het telefoongesprek toe te lichten; ‘Toen ik je belde was je enorm in paniek. Je schreeuwde en vertelde van alles door elkaar. Ik schrok hier enorm van want zo kende ik je niet. Ik dacht meteen. Dit is foute boel…’

Na de telefoongesprekken met iedereen wordt de onrust, paniek en verwardheid alleen nog maar erger bij mij. Het lijkt me niet verstandig om in deze toestand te gaan rijden dus ik blijf stil en verslagen in mijn auto zitten. Eindelijk zie ik mijn partner en moeder, wat een opluchting. ZO, nu kan iemand me naar het werk brengen. Hier zijn ze het niet met mee eens en praten op mij in. Daar staan ze dan op de parkeerplaats iemand over te halen om naar het ziekenhuis te gaan die net een herseninfarct heeft gehad. Op dit moment weten we nog niets maar mijn moeder weet en voelt dat hier meer aan de hand is gezien haar vaders verleden. Ik stap geïrriteerd de auto in op weg naar de eerstehulppost.

Hier lig ik dan, in de behandelkamer. Na het vertellen van mijn situatie zijn er een aantal onderzoeken gedaan zoals een ECG, bloedafname, bloeddruk meten en medische beeldvorming. Na enkele uren krijg ik ein-de-lijk mijn uitslag! Er is niets uit de onderzoeken gekomen. Nu voel ik mij wel goed gek. De arts vraagt een paar keer aan mij of ik hoofdpijn heb want de symptomen die ik heb kunnen gekoppeld worden aan een migraineaanval. ‘Ik heb geen hoofdpijn, moet ik hoofdpijn hebben?’

Ik begin aan mezelf te twijfelen.. Aangezien ik een paar jaar geleden de diagnose migraine heb gekregen, heb ik het gevoel dat ze ons continue deze richting in willen sturen. Mijn moeder en partner nemen het woord over. Ze dringen erop aan om een MRI scan te maken. Na heen en weer te discussiëren over de onderzoeken, uitslagen en conclusie zijn we naar huis gegaan met het bericht; ‘Je krijgt een oproep voor een MRI’. We moeten het hier maar mee doen.